× 
Klik in dit venster
op: http://heiligen.net
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

welkom menu contact zoeken
KalenderOude testamentNieuwe testamentHeiligenKerkenAnders...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van verreweg de meeste meditaties, overleed 30 oktober 2022
Lazarus en de Rijke (1957)   Verwijzingen

Klik op de pijl om de meditatie te beluisteren...  ...speel bestand af...

li_1re_2 

De kunstenaar heeft het verhaal van vandaag uiteengelegd in vier taferelen. Helemaal onderaan Lazarus: half naakt, met een stok waaraan een veldflesje hangt. Hij heeft de rechterhand geheven in het vragende gebaar van de bedelaar. De honden komen zijn zweren likken, zoals het verhaal ook uitdrukkelijk vertelt.

mi_3 

Boven hem de situatie van de rijke. Hij heeft drie gasten aan tafel. Zelf zit hij met zijn rug naar de arme Lazarus. Net als zijn buurman draait hij zich half naar de bedelaar om. Het gezicht van de buurman drukt uit dat hij zo veel mogelijk afstand wil houden: ‘Zielig natuurlijk, die man, maar hij moet nu maar even voor zichzelf zorgen.’ De aanwezigheid van de bedelaar is wel ongemakkelijk: je bent je steeds van zijn aanwezigheid bewust, en dat bederft enigszins het onbekommerd genieten. De houding van de twee op de achtergrond drukt ongeveer hetzelfde gevoelen uit. De rijke heeft zijn ogen weggedraaid naar omhoog. Hij schaamt zich wel, maar heeft nu toch even andere dingen om zich mee bezig te houden. Bij voorbeeld een welgevulde gouden beker, die het centrum vormt van deze scène. Kortom, het gezelschap wenst zich even niets aan te trekken van iemand die het aanzienlijk minder heeft getroffen dan zij.

mi_4 

In de scène daarboven zien we de rijke, uitgestrekt op zijn rug liggend in het vuur. Zijn gezicht is donker gekleurd. Van de hitte en de pijn, waarschijnlijk. De kunstenaar heeft er veelzeggend voor gekozen dit beeld te laten rijmen op het onderste tafereel. Immers nu is de rijke slechts gekleed in een witte lendendoek. Nu heef híj de armen uitgestrekt in een vragend gebaar. En nu zal hij vergeefs uitzien naar hulp.

mi_5 

In het bovenste tafereel zien we hoe Lazarus door vier engelen in een laken naar de hemel omhoog wordt geheven. Hij is nog altijd halfnaakt, maar draagt nu een ruimer vallend kledingstuk dat ongeveer dezelfde kleur heeft als het kleed van de rijke aan tafel. De rollen zijn praktisch compleet omgedraaid. Behalve dan dat Lazarus hier niet een gouden beker vasthoudt, maar de handen vroom heeft gevouwen. Dat is een groot verschil. Van een vragende bedelaar is hij geworden tot een dankbare bedelaar.

Opvallend is wel dat de kunstenaar het slotgesprek tussen Abraham en de rijke in het vuur niet heeft afgebeeld. In dat gesprek wordt het verhaal uitgelegd. Blijkbaar vond de kunstenaar dat niet nodig. De beelden spreken voor zich. Het loopt slecht met je af, wanneer je op de een of andere manier rijk bent, en je vervolgens hulpbehoevenden tevergeefs bij je laat aankloppen. Terwijl God uiteindelijk het lot van de hulpbehoevenden ten goede zal keren. Maar beter is het, als Gods goedheid reeds in dit leven wordt waargemaakt door de naastenliefde van zijn mensen.

Weer merken we op dat het verhaal niet bedoeld is als dreigement, maar als aansporing om nú zo te handelen dat je stráks goed uitkomt. De schildering van hoe het afloopt met mensen die Gods goedheid niet waarmaken, moet mij helpen nu de goede keuzes te maken.

Het verhaal heeft in zijn slotregel nog een verrassing in petto die de afbeelding bij nader inzien nog een diepere dimensie geeft. De rijke vraagt Abraham om Lazarus naar zijn broers op aarde terug te sturen, met de bedoeling hen te waarschuwen hoe slecht het met ze zal aflopen, als ze zich niet houden aan de Wet van Mozes. Daarop antwoordt Abraham: “Als ze naar Mozes en de profeten niet luisteren, zullen ze zich ook niet laten overreden, als er iemand uit de doden opstaat.” ‘Als er iemand uit de doden opstaat…” Op wie kunnen die woorden anders slaan dan op de enige die ooit uit de doden is opgestaan: Jezus? Nu blijkt dat Jezus zich dus vereenzelvigt met de arme uit het verhaal…, die straks uit de dood zal opstaan. We herinneren ons dat Jezus bij een andere gelegenheid zei: ‘Ik had honger en dorst, en jij hebt mij niet te eten en te drinken gegeven…’

En ik? Ben ik wel eens hulpbehoevenden tegengekomen? Was ik in staat daar Jezus in te herkennen? Of was ik misschien zelf wel eens die hulpbehoevende? Heb ik mij toen gerealiseerd dat ik in de voetstappen van Jezus stond? En wat deed dat dan met mij?

[1957, Joep Nicolas, glasschilderkunst. Nederland, Delft, Oude Kerk. Dries van den Akker s.j. / 2010.08.26]

Verwijzingen
Lukas 16,19-31
Jaar C door het jaar 26e zo

© A. van den Akker s.j.
Deze pagina is het laatst gewijzigd op 4 mei 2018

Over beeldmeditaties Voorbereiding
Inrichting website Leeswijzer
Auteurs / Afb. Alle 435 meditaties