× 
Klik in dit venster
op: http://heiligen.net
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

welkom menu contact zoeken
KalenderOude testamentNieuwe testamentHeiligenKerkenAnders...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van verreweg de meeste meditaties, overleed 30 oktober 2022
Broodwonder (2000)   Verwijzingen

Klik op de pijl om de meditatie te beluisteren...  ...speel bestand af...

 

Zes keer is er sprake van een broodvermenigvuldiging in de vier evangelies. Johannes’ verhaal over het broodwonder onderscheidt zich van de andere door het feit dat de vijf broden en twee vissen worden aangedragen door een jongen. Het Griekse woord dat hij gebruikt, ‘paidarion’, komt in het Nieuwe Testament verder nergens meer voor. Het Griekse woordenboek vermeldt dat het meestal een slaafje aanduidt, een slavenjongetje dus.

De kunstenaar legt alle nadruk op het moment dat Jezus de vijf broden en twee vissen van de jongen in ontvangst neemt. Niet alleen doordat de mand van de handen van de één overgaat in de handen van de ander, maar ook door de blik in de ogen waarmee beiden verbonden zijn. Er wordt geen woord gewisseld, maar de houding van beiden spreekt boekdelen.

De kunstenaar is afkomstig uit West-Afrika. Hij heeft het tafereel geplaatst in zijn eigen omgeving. De mensen op de afbeelding krijgen dus de trekken mee van zijn eigen volk, en de kleding van zijn cultuur. Jezus is gekleed in een oranje gewaad, de jongen in een geel. De kleuren steken prachtig af tegen de achtergrond van de blauwwitte lucht, het diepblauwe water en het groengrijs van de grond. De veelkleurige, duizendkoppige menigte die op de grond heeft plaats genomen, ziet toe en wacht geduldig op de dingen die komen gaan. Het gebeuren tussen Jezus en de jongen vindt plaats omwille van hen. Niemand lijkt zich te verbazen. Met dat schamele beetje brood en vis zullen zij straks gevoed worden.

Intussen valt ons op dat de leerlingen er helemaal niet op staan. Zojuist had Jezus aan Filippus gevraagd: “Hoe moeten wij brood kopen om deze mensen te laten eten?” Filippus had wanhopig geantwoord: “Wil ieder ook maar een klein stukje krijgen, dan is voor tweehonderd denariën brood nog te weinig.” Ik vermoed dat tweehonderd denariën zo ongeveer gelijk stond aan een half of heel jaarloon. Een andere leerling, Andreas, had nog opgemerkt: “Er is wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen, maar wat betekent dat voor zo’n aantal?” De leerlingen weten zich geen raad. Heeft de kunstenaar ze daarom niet afgebeeld? Omdat hun houding niet past bij de houding die hij de jongen wilde meegeven? Niet een houding van radeloosheid, maar vertrouwen. Een prachtig gebaar. Het kleine beetje waarover hij beschikt legt hij Jezus in handen. Die zal er een dankgebed over uitspreken, waarna het ruim voldoende zal blijken te zijn voor al die mensen. Een dankgebed. Natuurlijk een gebed tot God. Dankbaar vanwege het voedsel. Maar waarschijnlijk gold de dank ook de jongen, vanwege zijn vertrouwen en durf, zijn geloof.

Kijkend naar de afbeelding treft het mij dat de menigte niet boven de kustlijn uitsteekt; ze valt min of meer samen met de aarde. Maar Jezus en de jongen rijzen daar hoog boven uit. Hun silhouetten steken af tegen de elementen van aarde, water en lucht. Alsof de kunstenaar wil zeggen dat hun gebaar wereldwijde, misschien zelfs kosmische dimensies heeft.

Straks zal Jezus uitleggen dat brood en vis symbool staan voor wat Hij ons te bieden heeft. Zoals Hij al eens eerder had gezegd aan zijn leerlingen: “Mijn spijs is het de wil te doen van mijn Hem die Mij gezonden heeft” (Johannes 4,34). De wil van God. En die wil – zo weten wij – bestaat in naastenliefde, barmhartigheid en vergeving. Dat speelde waarschijnlijk mee, toen Jezus daarnet tegen zijn leerlingen zei: “Geven jullie hun maar te eten.” Die woorden zijn ook tot ons, tot mij gericht. Net als de leerlingen kan ik dan met een benauwd gezicht opmerken: “Maar Heer, waarmee moeten we dat doen? Daar hebben we veel te weinig voor in huis. Wat stelt dat beetje naastenliefde, barmhartigheid en vergeving van mij nou helemaal voor?” Dan zal Jezus zeggen: “Geef dat beetje van jou aan Mij. En je zult eens zien…” Dan zal Hij een dankgebed uitspreken…

Die jongen, die slavenjongen op de afbeelding: zou ik dat zelf kunnen zijn?

[Eind 20e eeuw, wandschildering, Tsjaad (Missiekalender 2002). Dries van den Akker s.j../2009.05.31]

Verwijzingen
Johannes 06,01-15: Jaar B door het jaar 17e zo
Paastijd 02e week vr
Feest 30 jun. 0250 Martialis-Limoges

© A. van den Akker s.j.
Deze pagina is het laatst gewijzigd op 4 mei 2018

Over beeldmeditaties Voorbereiding
Inrichting website Leeswijzer
Auteurs / Afb. Alle 435 meditaties