× 
Klik in dit venster
op: http://heiligen.net
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

welkom menu contact zoeken
KalenderOude testamentNieuwe testamentHeiligenKerkenAnders...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van verreweg de meeste meditaties, overleed 30 oktober 2022
Kruisdraging (1516)   Verwijzingen

Klik op de pijl om de meditatie te beluisteren...  ...speel bestand af...

Dat Jezus zelf zijn kruis draagt, staat met zoveel woorden eigenlijk alleen bij Johannes. De synoptici vertellen dat Simon van Cyrene wordt gedwongen het kruis te dragen. Lukas preciseert dat hij het achter Jezus aan draagt. Lukas schrijft: ‘Toen zij Hem wegvoerden, hielden zij een zekere Simon aan, een man uit Cyrene, die van het veld kwam: hem belaadden ze met het kruis om achter Jezus aan te dragen. Een grote volksmenigte volgde Hem, ook vrouwen die zich op de borst sloegen en over Hem weeklaagden.’

li_1re_2 

De compositie van dit tafereel wordt bepaald door het enorme kruis. De staander loopt precies over de diagonaal van linksonder naar rechtsboven. De dwarsarm loopt van de rechter benedenhoek naar het midden van de afbeelding boven. Het kruis drukt op de linkerschouder van Jezus die gebukt gaat onder het gewicht ervan. Achter Hem zien we zijn moeder Maria die zo goed en zo kwaad als het gaat haar Zoon helpt het kruis te dragen. Dat moet een vondst van de kunstenaar zijn. In het evangelieverhaal staat hier niets over. Lukas vermeldt dat een grote menigte Jezus volgde, onder wie een aantal vrouwen. Omdat de evangelist Johannes straks vertelt dat zijn moeder onder het kruis stond, neemt men aan dat zij zich onder die vrouwen bevond. In de evangelies wordt wel vermeld dat een voorbijganger, Simon van Cyrene, werd gedwongen het kruis achter Jezus aan te dragen. Het is Lukas die vertelt dat aan Maria was voorzegd - toen de pas geboren Jezus in de tempel aan God werd opgedragen: “Uw ziel zal door een zwaard worden doorboord” (02,35). Hier neemt zij deel aan het lijden van haar Zoon. In de traditie van de geloofsgemeenschap wordt Maria beschouwd en vereerd als moeder en voorbeeld van de Kerk, van alle gelovigen. Welnu, hier brengt zij Jezus’ woorden in praktijk: “Wie mijn volgeling wil zijn, moet Mij volgen door zichzelf te verloochenen en zijn kruis op te nemen” (Matteus 16,24). Dat is wat wij Maria zien doen, als allereerste! De kunstenaar heeft beiden, Jezus en Maria, in een elliptische opstelling midden in het tafereel geplaatst: Jezus op eenderde van rechts, zijn moeder op eenderde van links.

Opvallend is de levendigheid van de afgebeelde figuren. Elk personage krijgt een duidelijke rol toebedeeld. Jezus wordt voortgetrokken door een soldaat met helm op. Deze heeft de blik strak vooruit gericht. Dat wordt geďllustreerd door het strak gespannen dubbele touw. Aan zijn houding te zien heeft hij aan het trekken een zware klus: zijn lijf staat even gebukt als dat van Jezus. Doordat zijn broek is afgezakt, toont hij Jezus zijn blote billen: een Bruegheliaans trekje; groter blijk van verachtelijkheid is nauwelijks denkbaar. Boven zijn enigszins karikaturale kop is het hoofd van een kerel zichtbaar met een muts op. Hij draagt de hamer over zijn schouder die men straks bij de kruisiging zal nodig hebben. Ook hij heeft de blik recht vooruit gericht. Achter hem weer een gehelmde soldaat die met de linkerhand een forse lok van Jezus’ haren heeft vastgegrepen; in de rechter houdt hij een roede, waarmee hij er flink op los slaat om Jezus voort te drijven, als was deze een ezel of ander lastdier. De houding van zijn lichaam in het verlengde van het kruis benadrukt de diagonale structuur van de compositie. Vlak achter deze soldaat is het hoofd zichtbaar van een kerel die de spijkers voor straks draagt. Daar weer meteen achter een kerel in het rood die enigszins schuilgaat achter het kruis. We zien alleen hoe zijn hand losjes rust op het kruishout. Typisch de houding van iemand die de leiding heeft en erop toeziet dat alles goed verloopt. Achter hem nog een kerel met joodse muts die op een jachthoorn blaast. Zijn geluid staat in schril contrast met het stille verdriet van Maria daar precies onder. De overige drie horen bij Jezus en Maria. Op de voorgrond in het rood: Johannes, de leerling aan wie Jezus straks de zorg voor zijn moeder zal toevertrouwen. Zijn blote voet geeft aan dat hij Jezus volgt. Op de achtergrond nog twee vrouwen die Jezus op zijn lijdensweg volgen. De evangelisten hebben hun namen zorgvuldig opgetekend: Maria Magdalena en Maria, de moeder van Joses.

Ik neem de tijd om naar de blik te kijken van ieder die is afgebeeld. Net als de twee kerels vóór zich is de blik van Jezus vooruit gericht. Toch is er – zo lijkt het – een groot verschil tussen Hem en die eerste twee. En wat vertelt de blik in de ogen van zijn moeder? Van de andere vrouwen? Van Johannes?

En wat brengt het zien van dit alles bij mij te weeg?

[1516, Picardische steensculptuur altaarretabel; Frankrijk, Bretagne, Pontivy, Chapelle Notre Dame de la Houssaye.
Dries van den Akker s.j. / 2009.01.15]

Verwijzingen
Matteus 27,31: Jaar A Palmzondag
Markus 15,21: Jaar B Palmzondag
Lukas 23,26-32: Jaar C Palmzondag
Johannes 19,17: Goede Vrijdag
*
Matteus 16,24: Jaar A door het jaar 24e zo
Markus 08,34: Jaar B door het jaar 24e zo
Lukas 09,23: Jaar C door het jaar 12e zo
Veertigdagentijd donderdag na Aswoensdag
Door het jaar 06e week vr
Door het jaar 18e week vr

© A. van den Akker s.j.
Deze pagina is het laatst gewijzigd op 4 mei 2018

Over beeldmeditaties Voorbereiding
Inrichting website Leeswijzer
Auteurs / Afb. Alle 435 meditaties