×
Klik in dit venster
op: http://heiligen.net
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
De kunstenaar verdeelt het raamoppervlak in drie lagen.
In de onderste laag zien we hoe Adam en Eva uit het paradijs worden verdreven door de engel met het vlammende zwaard.
We kennen het verhaal. God had hun verboden te eten van de boom van kennis van goed en kwaad. Ze lieten zich echter verleiden door de slang, aten toch en kregen kennis van goed én kwaad, waar ze tevoren alleen maar kennis van het goede hadden gehad. Ze zagen dat ze naakt waren en schaamden zich voor God en voor elkaar.
Zo werkt de kennis van kwaad uit: men kan niet op tegen de verleiding ervan; gevolg is dat de relaties met God, met elkaar en met de aarde kapot gaan, en men verbergt zich. Op de afbeelding zien we, hoe Adam naar zijn hoofd grijpt en met een ongelukkig gezicht nog half omhoog kijkt naar de engel. Eva heeft zich al afgewend. Beiden zijn gekleed in een krans van bladeren. Zo wordt het verteld in het verhaal: ‘Nu gingen hun beiden de ogen open en zij ontdekten dat zij naakt waren. Daarom hechtten ze vijgenbladen aaneen en maakten daar lendenschorten van’ (03,07). Aan hun voeten kronkelt nog de slang. Op de achtergrond geen spoor meer van de paradijselijke tuin; alleen nog enkele armetierige doornstruikjes. Dit verhaal staat bekend als de zondeval, en probeert een verklaring te geven voor de aanwezigheid van kwaad en lijden op onze wereld. De verklaring is dus dat wij niet gehoorzamen aan wat de liefde ons voorhoudt. Heeft de liefde dan niets meer te zeggen, als wij, mensen, fouten maken? Toch wel. Bij die gelegenheid sprak God tot de slang: ‘Vijandschap sticht ik tussen u en de vrouw, tussen uw kroost en het hare. Het zal uw kop bedreigen, en gij zijn hiel!’ (Genesis 03,15). Vanouds hebben gelovigen hierin een belofte gehoord dat er eens iemand zou komen die de slang, zinnebeeld van het kwaad, voorgoed de kop zou verpletteren. Een droomtijd; een Messiaanse tijd. Ooit!
Christenen geloven dat die tijd aanbrak met de komst van Jezus. In de bovenste laag zien we dan ook de vervulling van die belofte: Moeder Maria met het Kind Jezus op de arm. Van hen gaan twaalf stralenbundels uit. De kunstenaar heeft hier dus gedacht aan dat visioen uit het boek Openbaring (Apocalyps 12,01): ‘En er verscheen een groot teken aan de hemel: een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren.’ Zij heeft inderdaad de maan onder haar voeten. De maan is hier opgevat als de heerser over de nacht. Rond de maan kronkelt ook een slang. Herinnering aan de belofte uit het oude verhaal: ‘Zij zal u de kop verpletteren.’ In plaats van de zon is zij bekleed met een goudkleurige mandala. In plaats van sterren wordt zij omringd door twaalf stralenbundels in dezelfde goudgele kleur.
In de middelste laag: de aartsengel. Volgens de overlevering was het Michaël. Hij zweeft boven Adam en Eva met zijn vlammend zwaard. Er gaat dreiging van hem uit. Tegelijk echter vormt hij de verbinding tussen de aarde beneden en de hemel boven.
Een oude traditie plaatst Adam en Eva op de heiligenkalender op 24 december, de vooravond van Kerstmis. Waarschijnlijk vanwege het feit dat zij van het begin af aan hebben uitgekeken en verlangd naar de verlossing.
[ca 1960, Joep Nicolas, glasschilderkunst. Nederland, Denekamp, St-Nicolaas. Dries van den Akker s.j./2012.12.18]
Verwijzingen
Genesis 03,15.23-24: Jaar B Door het Jaar 10e zo
Feest 24 dec. ca 3760 vóór Chr. Adam & Eva
Feest 08 dec ca 17 vóór Chr.: MARIA Onbevlekt Ontvangen
Door het Jaar 05e week za
*
Openbaring 12,01: Jaar C Pasen 05e zo
Feest 02 nov. 0000: Allerzielen
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen
Deze pagina is het laatst gewijzigd op 4 mei 2018